Zaaien, middenin de winter? Nou, waarom eigenlijk ook niet. Je kunt zeker niet alles zaaien, sterker nog, er zijn maar een klein aantal soorten die je nu wel kunt zaaien. Koudekiemers bijvoorbeeld.
En Alliums. Zij staan erom bekend dat ze een koudeperiode bij het zaaien fijn vinden. Soms kiemen deze zaden bij kamertemperatuur maar soms ook niet. Het zijn dus wispelturige zaden. Als ze niet binnen een week of 3 bij kamertemperatuur kiemen, hebben ze toch behoefte aan kou. Je kunt de zaaisels dan alsnog een week of 3 tot 4 buiten of onder koud glas zetten, dat geeft ze vaak het zetje dat ze nodig hebben.
Om heen en weer sjouwen met de zaden te voorkomen, eerst warm, en dan wellicht toch nog maar de kou in, zaai ik alle Alliums altijd gewoon koud. Want ze kunnen in ieder geval heel goed tegen kou. Ik zaai ze graag in januari, al kan februari ook nog heel goed, en zelfs ook nog in maart. Ik zaai graag in januari omdat ik dan ruim op tijd ben, en ik zaai dan soorten als prei en uien. De logica daarachter: als ik vroeg zaai, en de zaden na zo’n 3 tot 6 weken kiemen (afhankelijk van de temperatuur), hebben de zaailingen nog flink wat tijd om te groeien voor ze buiten uitgeplant gaat worden. En grote, sterkezaailingen met een goed wortelgestel leveren sterke planten op, die dan hopelijk voor een flinke opbrengst van grote uien en dikke preien zorgen.
Allium is een heel groot plantengeslacht, er vallen ruim 750 bolgewassen/soorten onder. De meest bekende daarvan (in de moestuin):
Sommige van deze soorten vermeerder je vooral vegetatief, zoals sjalotten en knoflook (waarvan je dus bollen of tenen uitplant). Ook van uien kun je ‘plantuitjes’ kopen, en heel bekend zijn de bollen die je van sieruien kunt kopen. Maar je kunt de meeste soorten dus ook zaaien. Prei is daarvan wellicht het meest bekend.
En je zaait de zaden dan bij voorkeur koel of koud. Ik zaai ze graag rond januari, in de koude kas. Daar heb ik net iets meer controle over weersinvloeden als regen en storm en sneeuw. Maar een platte bak is ook prima. En anders buiten, een beetje beschut tegen al te veel regen en sneeuw. En mocht je toch liever binnen zaaien, kies dan een koude en zo licht mogelijke plek, op een koude zolder (of in een koude garage of schuur), in een raamkozijn waar ook de zon kan schijnen.
Je kunt ze in de volle grond zaaien, of in een tray of in een zaaibak(je). Als je voor dat laatste kiest, zorg dan wel dat het bakje diep genoeg is want uiachtigen ontwikkelen behoorlijk lange wortels.
Op deze foto zie je kiemende preizaden (foto van vorig jaar), de zaden kiemen zo half tot eind februari, de zaailingen komen als ‘lusjes’ boven de grond.
Bij het zaaien in een zaaibak gebruik ik altijd verse en goede potgrond, want de zaailingen hebben in hun beperkte ruime een goede structuur en vooral voldoende voeding nodig.
Deze foto is van 2 jaar geleden, toen zaaide ik in een zaaibakje, in potgrond, de zaden afgedekt met vermiculiet. De foto is begin maart gemaakt, je ziet dat de zaailingen dan al wat groter zijn, de lusjes zijn sprieten geworden, sommigen dragen het zwarte lege zaadhoesje nog op hun hoofd.
Voldoende voeding, vocht en langzaam lichter worden dagen en oplopende temperaturen zorgen er dan voor dat de zaailingen er in april zo uit zien:
En in mei zien de preiplanten er dan zo uit:
De preizaailingen zijn dan groot genoeg om uitgeplant te worden. Per stuk, elke zaailing wordt in een 15 centimeter diep gaatje gestoken, op zo’n 12 tot 15 centimeter afstand van elkaar.
En zo ziet de prei er dan in augustus uit. Ze heeft dus een heel lang groeiseizoen nodig. Uiteindelijk kunnen de preien in de loop van de herfst worden geoogst, en dat is dan 10 tot 11 maanden na het zaaien.
Oftewel; ik begin graag vroeg. En nu de kerstdagen achter de rug zijn, en het nieuwe jaar begint, begint het tuinvirus weer te kriebelen, en wil ik gaan zaaien. Maar helaas kun je nog lang niet alles zaaien, het is nog veel te vroeg en te koud voor de meeste groenten. Maar Allium-soorten zaaien in januari is helemaal prima!
Tot slot nog een paar foto’s van Alliums die ik eerder zaaide:
Allium ursinum, knoflookbieslook, als bieslook maar dan met dikkere en bijna platte sprieten, en een lekker, frisse knoflooksmaak, en niet te vergeten uitbundige bloei (de bloempjes kun je trouwens ook eten).
Allium cernuum, lage planten, eetbaar als bieslook. Maar ik vind de bloei in juni te mooi om er van te oogsten. Een eventueel eetbare sierui dus.
En tot slot nog een oude foto van ruim 10 jaar geleden. Dit soort uien zijn helaas niet lang te bewaren en hebben slechts een milde/zoete/zachte uiensmaak, en daarom zaai ik ze eigenlijk nooit meer. Maar als ik de foto’s zie krijg ik daar altijd weer spijt van. Want de uien van dit ras Ailsa Craig werden in onze tuin gemakkelijk zo’n 15 centimeter groot, op de foto zie je ter vergelijking erachter nog normaal formaat rode uien, de reuzenuien zijn daar nog volop in de groei (want pas bij het afrijpen worden de uien ronder en krijgen ze de karakteristieke bruingele schil).
Groetjes,
Diana
Lees ook: Bewaren van zaden