Ik geef het maar gelijk toe, ik ben een nogal luie knoflookgebruiker. Ik heb een hekel aan flink wat tenen moeten schoonmaken en pellen en snijden. Ik hou van grote tenen, als in grote stappen – snel thuis. Maar ze moeten wel lekker zijn, geen grote tenen en maar weinig smaak. En gelukkig zijn die gewoon te koop, er bestaan tientallen rassen knoflook, van grote tot kleine tenen, van mild tot zeer sterk, van wit tot donkerrood, van Aziatisch tot Oost-Europees.
Op de foto zie je wat knoflookrassen die ik eens kocht. En ik zoek dus grote tenen. Want de kans dat grote tenen grote bollen oplevert is groter dan wanneer je kleine teentjes poot. Uiteindelijk zijn de omstandigheden en verzorging zoals voeding, vocht, standplaats, etc. het belangrijkst, maar logischerwijs maakt een grotere teen een grotere bol/tenen.
Knoflook is een bol, en die bol maakt ze niet voor ons, maar voor zichzelf; om groot en sterk te worden en te blijven, ook in slechte tijden. In haar bol slaat ze voedingsstoffen op, reserves voor tijden van bijvoorbeeld kou of droogte. Elke teen bevat dus voedingsstoffen, en grotere tenen bevatten meer voedingsstoffen dan kleine tenen. Ik weet niet of het ook wetenschappelijk is bewezen maar ik denk in ieder geval dat het zo is :-).
En dus poten we de grootste tenen van een knoflookbol. En dat doen we ongeveer nu, zo tussen half en eind oktober (al kan het in november ook nog wel hoor). Het is niet altijd duidelijk hoe het weer de komende weken en maanden gaat worden, maar we willen eigenlijk dat de knoflooktenen voor de winter al uit gaan lopen. Maar niet te ver, want knoflooktenen verbruiken voedingsstoffen uit de knoflookteen om te kiemen en te groeien. Veel loof kost de teen veel energie en maakt de plantjes daardoor zwakker, en daardoor meer bevattelijk voor ziekte of kou of droogte. En knoflookblad kan nog wel eens wat vorstschade oplopen, zeker in bijvoorbeeld een koude oostenwind. Het liefst willen we voordat de winter begint zo’n 10 centimeter loof op de tenen. Daarom geven we nu ook geen voeding, we willen extra groei vooral niet stimuleren.
Op deze foto zie je verhoogde bak waar dit jaar de knoflook in komt. In een luchtige grondmengsel poten we de knoflooktenen, we kiezen de mooiste, grootste en gezondste bollen/tenen uit.
En op deze foto zie je hoe diep we de knoflooktenen poten, ongeveer 3 tot 5 centimeter diep. Als we alle tenen hebben gepoot en water hebben gegeven kunnen we ze net niet meer zien. En we poten de tenen op een afstand van zo’n 12 centimeter van elkaar (bij een te korte pootafstand kan in de komende lente de bol niet goed groeien). In deze bak zijn uiteindelijk bijna 45 tenen knoflook gepoot, genoeg voor een jaar lang knoflook :-).
En op deze foto zie je dan de bak als alles klaar is. De knofloken gepoot, de zwarte repen liggen ertussen om wat onkruid tegen te houden, vinden we zelf fijn, en het houdt de grond nog wat langer warm. Water gegeven, en de knoflooktenen zitten net onder de grond, zijn niet meer te zien.
Meer foto’s kan ik niet laten zien want nu is het wachten op het uitlopen van de knoflooktenen, en afhankelijk van het weer (grondtemperatuur en vochtigheid) duurt dat ongeveer 3 weken. Maar ik kan wel foto’s laten zien van vorige jaren.
Op deze foto van een ander jaar op 12 november zie je dat de knofloken zijn uitgelopen. Mooi op tijd voor de winter!
En in die winter blijven de jonge plantjes dan compact en sterk, gewoon in de tuin staan. En vanaf half tot eind februari (afhankelijk van het weer) komen die jonge plantjes weer langzaam aan de groei. Dat is ook het moment dat je de plantjes wat samengestelde voeding geeft, en in die voeding is kali (de K in NPK) het allerbelangrijkst want kali zorgt voor een goede ontwikkeling van de bol.
Op deze foto zie je de knoflookplanten eind maart. Duidelijk gegroeid! En het loof is frisgroen, nieuw, groeikrachtig.
In de loop van de lente groeit het loof tot wel zo’n 50-60 centimeter hoog. Bedenk dat een dikke, grote bol knoflook nooit kan groeien onder een dun steeltje. Als je knoflookstelen aan de dunne kant zijn is er iets niet helemaal goed gegaan in de groei (bijvoorbeeld door verkeerde voeding) en kun je wat kleinere bollen verwachten (ook niet erg, als ze maar lekker zijn, vaak zijn ze dan extra sterk van smaak).
Op deze foto zie je mooie, dikke knoflookstelen in juni, met een goede kans op een flinke oogst van grote knoflookbollen. Wacht nog wel met oogsten, want de groei van de bol is als allerlaatst aan de beurt, op het moment van de foto is de bol waarschijnlijk nog amper te zien en lijkt ze onder de grond meer op een uit de kluiten gewassen lenteui. Die verdikte onderkant en stengel zijn trouwens wel heel erg lekker; wit/groen van kleur en zacht maar toch pittig van smaak, zeker ook de moeite om eens te proeven!
Maar voor de bewaar-knoflookbollen wacht je tot het loof bruingeel en dor wordt, als het loof omvalt zijn de bollen klaar om te oogsten, en dan is het ondertussen ergens in juli of misschien zelfs augustus.
En dit is dan wat ik volgend jaar eind juli hoop te oogsten; mooie, stevige gezonde knoflookbollen. Na de oogst hangen we ze onder een afdak, om te drogen. Na een paar weken kan het verdorde blad en wortels er vanaf worden geknipt en gaan de bollen in een emmer naar de schuur, en kunnen we ze tot in het voorjaar gebruiken.
En natuurlijk een paar mooie bollen achterhouden om weer tenen van te poten. En dan begint alles weer van voor af aan…..
Groetjes,
Diana
Lees ook: Verhoogde bak als moestuin