Kou is vaak een grote vijand, in de (moes)tuin, maar ook voor zaailingen. Niet altijd; vreemd genoeg kunnen zaden en zaailingen wel vaak wat meer kou verdragen dan volwassen planten. Of denk bijvoorbeeld aan de bonenzaden die je 48 uur in de vriezer legt tegen de larven van de bonenkever, terwijl bonenzaailingen bij te vroeg uitplanten door een late nachtvorst ernstig kunnen worden beschadigd. Of aan de tomatenzaailingen die je soms na de winter in de kas vindt, of aan koudekiemers.
Sommige soorten volwassen planten kunnen ook heel goed tegen kou, denk daarbij aan rucola, savooikool en veldsla. Sommige soorten worden er zelfs lekkerder van, omdat zetmelen in de planten zich omzetten in suikers, denk daarbij aan aardperen, boerenkool en spruiten.
Op de foto zie je pastinaken, ook die worden van wat vorst alleen maar lekkerder. Pastinaken die je in de herfst oogst zijn fris en anijsachtig, pastinaken die je in de winter oogst zijn voller en zoeter van smaak.
Maar er zijn heel veel groenten die geen vorst kunnen verdragen. Voorbeelden daarvan zijn tomaten, pepers, paprika’s, aubergines, courgettes, maïs, sperziebonen. En dat is lastig want in Nederland verloopt het voorjaar qua temperatuur vaak grillig, en er blijft nog tot half mei kans op nachtvorst.
Denk dus goed na over wat je wanneer wilt zaaien: vroeg genoeg om te zorgen dat zaailingen kunnen groeien en bloeien en oogstbaar zijn voordat de volgende winter begint. Maar ook weer niet te vroeg want je wilt geen stakerige halfvolwassen planten die te dicht op elkaar in een te donker huis moeten blijven staan omdat het buiten nog te koud is. Maak dus een goede planning, en denk na over wat je zaait en welke plaats in huis of kas of platte bak je de zaailingen te bieden hebt.
Wij zaaien zelf paprika’s, pepers en aubergine al heel vroeg in het voorjaar. Omdat deze zaden een vrij lange kiemduur hebben, en vervolgens langzaam groeien. En omdat ze een lange teeltduur hebben; in februari gezaaide pepers leveren gemiddeld pas rijpe pepers in augustus. Met vroeg zaaien hoop ik dat de zaailingen al jonge planten zijn wanneer ze in mei naar de kas gaan. Het feit dat ik 3 maanden lang met een flink aantal peper-, paprika- en auberginezaailingen in huis zit neem ik graag op de koop toe.
Anders is dat met tomaten; tomaten kiemen niet alleen sneller, maar ook bij wat lagere temperaturen. En ze groeien sneller. En daardoor worden ze ook wat sneller lang en dun als de omstandigheden niet optimaal zijn. Daarom zaai ik tomaten later, meestal rond de eerste of tweede week van maart.
Gelukkig hebben wij een kas, weliswaar zonder verwarming. Maar in de kas kan de temperatuur op een zonnige dag flink oplopen, ook al is het buiten koud. In de nachten is het er echter net zo koud als buiten. Op een zonovergoten dag in februari, met 5 graden vorst buiten, kan het in de kas wel 15 tot 20 graden warm worden.
Ik probeer die warmte dan te vangen, door de zon de grond op laten warmen. Daar zijn vroeg gezaaide soorten als rucola, sla, spinazie, etc. blij mee.
Op deze foto zie je de zaailingen van radijsjes die nu (begin februari) in de kas zijn gekiemd. Ondanks de kou. Want radijszaden en radijszaailingen kunnen prima tegen kou. En overdag warmt de kas op door de zon, en de vorst in de nachten deert de zaailingen niet. Mocht het echt stevig gaan vriezen is het afdekken van deze zaailingen met wat vliesdoek nog een optie. Door de zon warmt het onder het vliesdoek nog extra op en daarmee ook de grond. Die warmte wordt ’s nachts weer afgestaan en zorgt voor net een paar graden verschil.
Dit is een foto van al weer 6 jaar geleden. Wat was ik toen nog jong en ongeduldig :-). En de tomatenzaailingen ook. Veel te vroeg gezaaid (in de derde week van februari). De zaden kiemden in huis binnen een week (en natuurlijk wist ik dat wel, maar voorjaarkriebels doen rare dingen met mensen). Vervolgens moest ik alle zaailingen in het relatief donkere huis groot zien te brengen. En natuurlijk lukte dat niet goed, er was te weinig ruimte (de beste plaatsen in beslag genomen door de zaailingen van pepers, paprika’s, aubergines en een aantal eenjarigen die een lange kiemduur en groeitijd nodig hadden). En dus moesten de zaailingen maar mee naar de tuin, want in de kas is altijd genoeg licht. Maar niet altijd genoeg warmte. Het was pas net april, en natuurlijk kwamen er nog wat koude nachten. We hebben een soort tent gebouwd door een geraamte van stokken te maken en ook daar weer vliesdoek overheen te draperen. De zon verwarmde de grond en lucht onder het vliesdoek en die warmte werd in de avond en nacht weer afgestaan. Als een soort kas in een kas. Uiteindelijk hebben al deze zaailingen de kou overleefd. Dat neemt niet weg dat dit me nu niet meer gebeurt, het is voor zowel de tomatenzaailingen als mijn gemoedstoestand en nachtrust beter om gewoon te wachten met zaaien tot het juiste moment.
Op deze foto zie je de kas rond eind april. De zon warmt de kas al goed op maar bij een laatste nachtvorst wil ik geen enkel risico nemen en zet ik tussen de zaailingen volle gieters water. Overdag warm het water op in de zon en dat water koelt in de nacht langzaam af en geeft nog wat warmte af aan de lucht rond de planten.
De moraal van dit verhaal? Bedenk bij alles wat je wilt gaan zaaien welke tijd, plaats en periode het beste is voor die soort(en). Pepers zaai ik vroeg en binnenshuis want hebben dus een lang en warm seizoen nodig. Komkommers kunnen ook niet tegen vorst, maar die zaai ik pas in april; want ze kiemen en groeien snel (mits er voldoende licht en warmte is). Rucola zaai ik vroeg maar in de koude kas, want kiemt snel, kan goed tegen kou en is al na 8 weken oogstbaar. Verdiep je vooral per soort in de wensen en eigenschappen van een soort voor je haar zaait.
Groetjes,
Diana
Lees ook: Minimoestuin in bak