Tot 2 jaar geleden zaaide ik paprika’s, pepers en aubergines altijd via de denomethode Dat gaat heel goed, zeker als je niet de beschikking hebt over een plaats die warm genoeg is (want je kunt de zaaisels die door papier weinig plaats innemen bijvoorbeeld op een modem of een ander apparaat zetten dat 24 uur per dag warm blijft). Maar sinds 2 jaar ben ik erg tevreden over het zaaien van deze soorten in vermiculiet. Ik vind deze methode trouwen ook prettig voor het zaaien van tomaten maar dat is nu nog niet verstandig, tomaten zaaien we pas in maart).
Ik heb een elektrische propagator en dus genoeg plaats en warmte. Als je geen elektrische propagator hebt is kun je deze methode van zaaien ook in een gewone (onverwarmde) propagator toepassen. En als je die niet hebt kun je eventueel ook denken aan een doorzichtige of in ieder geval licht doorlatende bewaardoos (waarbij het deksel de onderbak goed afsluit). Het doel is dat het vocht in het vermiculiet niet snel kan verdampen en de zaaisels zo constant mogelijk warm en vochtig blijven.
De meest ideale temperatuur voor het kiemen van zaden van paprika’s, pepers en aubergines is ongeveer 24 tot 28 graden. Onder de 18 graden stopt het kiemproces, boven de 30 graden is er grote kans op het rotten van de zaden (in vochtig vermiculiet).
Bedenk dat de temperatuur in een afgesloten ruimte zoals een propagator of bewaardoos flink op kan lopen als je die op een te warme plaats zet. Ik heb horrorfoto’s gezien van mensen die zo’n afgesloten bak met zaaisels bovenop de verwarming hadden gezet en waarbij zaden en zaailingen al heel snel dood gingen door rot en hitte. Het beste is om de temperatuur in de bak die je gebruikt te meten. Om die reden vul ik altijd een potje met wat tuingrond, maak dat nat en zet dat in de propagator, met een aquariumthermometer (kost gemiddeld 5 tot 10 euro en gaat hier al zeker 8 jaar mee) meet ik de temperatuur. Want meten is weten. Een kookthermometer werkt trouwens ook prima.
Ik vind zelf voor deze zaden onder deze omstandigheden een temperatuur van ongeveer 26 of 27 graden ideaal. Als je geen geschikte thermometer hebt, voel dan; zet de propagator of afgesloten bewaardoos met daarin wat vochtig zand, grond of vermiculiet op de plaats waar je de zaden wilt laten kiemen (bij voorkeur zo licht mogelijk) en voel na een paar uur of het in de bak lekker lauwwarm is maar wel nog ruim onder babybadje-temperatuur.
En zo begin ik: de propagator of bak wordt gevuld met een laagje nat zand (dat voorkomt uitdrogen, zorgt voor een hoge luchtvochtigheid en geleidt goed). Ik plaats een potje met grond plus voeler en thermometer en laat het geheel al een paar uur voor het zaaien op temperatuur komen.
Ik zaai graag in traytjes voor, omdat ik veel verschillende rassen teel en die graag ook goed gescheiden van elkaar wil houden. Maar als je minder soorten en zaden zaait is het ook prima om de tray weg te laten: in dat geval kun je dus ook het zand weglaten en de onderbak vullen met nat vermiculiet. Doordat je de bak afsluit kan het water niet verdampen, je hoeft dus in principe geen water te geven en de zaden kunnen nooit rotten door te veel vocht, of uitdrogen door te weinig vocht. Voor alle duidelijkheid: je gebruikt dus ook een bak zonder afwateringsgaten.
Welke van de twee manieren je ook gebruikt: doe het vermiculiet in een schaal en laat er zo veel (lauwwarm) water in lopen tot het vermiculiet onder water staat.
Laat dit een minuutje staan zodat het vermiculiet het vocht op kan nemen. Giet het vervolgens door een fijne zeef en laat niet langer dan zo’n 10 seconden uitlekken. Het vermiculiet is nu precies nat genoeg om de tray (of onderbak) te vullen.
Verdeel het vermiculiet over de bak of tray en duw het iets aan maar zeker niet te vast; vermiculiet is voor dit formaat zaden juist zo’n fijn zaaimedium omdat het zo licht en luchtig is.
Ik duw met mijn wijsvinger altijd een soort kommetje/holletje in het vermiculiet: daarin laat ik per soort 2 zaden vallen (in de hoop dat er 1 kiemt, maar mochten ze beide kiemen, dan is het door de luchtigheid van vermiculiet ook nog makkelijk om ze later van elkaar te scheiden en allebei op te potten). Nadat ik de zaden heb gezaaid strooi ik nog wat droog vermiculiet over de zaden en maak dat heel kort en oppervlakkig met een plantenspuit met lauw water nat.
En dat is het resultaat na een middagje zaaien. De zaaisels staan bij 27 graden in de propagator. Constant, en in principe vinden deze soorten dat fijner dan overdag lekker warm bij de verwarming staan en dan in de nacht sterk afkoelen. Ook dan kiemen zaden hoor, maar het duurt dan langer. Ik verwacht dat onder deze omstandigheden de eerste zaden binnen 5 tot 7 dagen kiemen (en bijkamertemperatuur en afkoeling in de nacht kiemen deze zaden vaak na 2 tot 3 weken.
Ik hoef geen water te geven, het vocht blijf in de bak/propagator, het condens valt weer terug op het vermiculiet en alles is precies vochtig en warm genoeg. Pas na ruim 2 weken zou het kunnen dat ik eens een klein beetje water met een plantenspuit moet geven, afhankelijk of ik de ventilatieschuifjes open heb moeten zetten bij bijvoorbeeld teveel warmte.
Ik heb er dus geen omkijken meer naar, behalve dan dat ik af en toe de temperatuur nog even controleer en eventueel bijstel, en dat ik over 5 dagen de kap er voor het eerst even afhaal en op het zaaioppervlak zoek naar tekenen van leven: want heel misschien komen dan de eerste zaailingen al boven de grond.
Dit is natuurlijk een foto van vorig jaar want het duurt dus een klein weekje voor de eerste zaden kiemen. Maar je kunt op de foto zien hoe gemakkelijk de zaailing het vermiculiet omhoog duwt en boven komt. En alles nog steeds vochtig genoeg is.
Na het kiemen moeten de zaailingen (als ze 2 volle kiemblaadjes heeft) vanuit het vermiculiet worden overgezet naar een potje met potgrond in het volle licht: want nu ze is gekiemd heeft ze voeding nodig, en het volle licht zorgt dat de zaailing niet lang en dun wordt.
In mijn blog over 14 dagen hoop ik te kunnen laten zien hoe de zaden zijn gekiemd en hoe ze worden overgezet naar potjes met potgrond.
Moestuingroetjes,
Diana
Lees ook: Het kiezen van een tuinbonenras