Een strooiwagen is handig om bijvoorbeeld Pokon Graszaad Inzaai of meststof gelijkmatig over je gazon te verspreiden. We leggen graag uit hoe je zo'n strooiwagen gebruikt en waar je op moet letten.
Hoe je een strooiwagen gebruikt, hangt af van het type dat je hebt. Er zijn verschillende soorten, zoals valstrooiers, spreaders en automatische handstrooiers.
Een valstrooier heeft een bak waarin je het product doet, met daaronder een draaischijf, handvat en twee banden. Je kunt de valstrooier instellen op de gewenste stand, afhankelijk van wat je wilt strooien. Er zijn verschillende standen voor diverse doeleinden.
Spreaders zijn strooiwagens die geschikt zijn voor grotere oppervlakken. Deze strooiwagens zijn net als valstrooiers voorzien van verschillende standen. Ook deze strooier ziet eruit als een karretje waar je achteraanloopt en die je voortduwt aan een hendel.
Als laatste is er nog de automatische (hand)strooier. Deze strooiers werken met een accu en bieden de mogelijkheid om de snelheid, maar ook de strooibreedte in te stellen.
Voordat je begint, stel je de valstrooier, spreader of automatische handstrooier in. Hiermee bepaal je hoeveel van het product je wilt verspreiden. Op de verpakking staat aangegeven hoeveel je nodig hebt voor één vierkante meter. In de handleiding van jouw strooier staat vervolgens uitgelegd op welke manier je deze het beste kunt afstellen. Als dat is gedaan, kun je hem vullen en beginnen met strooien!
Nu de strooiwagen is ingesteld en de bak gevuld is, is het tijd om te strooien.
Begin met de randen van het gazon en ga dan verder over de rest van het gazon. Loop langzaam in rechte lijnen over het oppervlak. Behandel het eenmaal in de lengte en eenmaal in de breedte voor een nauwkeurige dekking.
Na het bemesten, gras zaaien of gras bijzaaien is het slim om het oppervlak voorzichtig water te geven. Geef voorzichtig water, niet te veel maar ook niet te weinig. Door te besproeien na het bemesten zorg je ervoor dat de meststof makkelijker kan worden opgenomen in de bodem. Het besproeien na het inzaaien draagt eraan bij dat de bodem vochtig is en blijft zodat de zaadjes kunnen beginnen te kiemen. Na het inzaaien en doorzaaien is het belangrijk om je gazon te blijven sproeien. Zo voorkom je dat de grond uitdroogt en het zaaien van je gazon mislukt.
Lees meer: