Hoe verzorg je een kamerplant?

Heb jij voor het eerst een kamerplant aangeschaft en ben je benieuwd hoe je deze het beste kunt verzorgen? Of kunnen jouw plantenverzorging skills wel een upgrade gebruiken? In dit blog geven jou graag tips hoe je het beste een kamerplant kunt verzorgen.

Water geven

Jouw plant heeft regelmatig water nodig om te overleven. Het geven van de juiste hoeveelheid water en de frequentie is per plant verschillend. Het is echt een kunst om niet teveel en niet te weinig water te geven aan je plant. Hoe meer en langer je planten verzorgd hoe beter je gevoel wordt. Heb je dit gevoel nog niet? Dan is het aan te raden om:

Eén moment per week te markeren in je agenda als watergeefdag.
Op deze watergeef dag ga je jouw planten één voor één langs en voel je door je vinger iets (3 cm-5 cm) in de potgrond te steken of je kamerplant water nodig heeft. Blijft er veel potgrond aan je vinger plakken? Dan kun je gerust een keertje overslaan.
Je kunt beter iets te weinig dat iets te veel water geven aan je planten.

Gaan sommige bladeren van je plant hangen? Dan kun je beter twee keer per week een watergeefdag plannen in plaats van meer water per keer te geven. Is twee keer per week niet genoeg? Speel dan met de hoeveelheid water.

Worden de bladeren van jouw kamerplant geel? Dat duidt vaak op wateroverschot, probeer de plant even een paar keer over te slaan met water geven. Is de grond echt heel nat? Dan kun je het beste de plant overpotten om wortelrot te voorkomen.

Tip: Met een watermeter kun je precies zien wanneer jouw plant water nodig heeft. Een watermeter meet namelijk de hoeveelheid vocht wat opgenomen is door de potgrond en dus beschikbaar is voor de kamerplant. Een handig hulpmiddel!

Voed je planten

Naast water heeft jouw plant voeding nodig om te groeien. Je geeft je plant de voedingstoffen die hij nodig heeft met kamerplantenvoeding. Kamerplantenvoeding geef je in het voorjaar en in de zomer. In de winter zijn namelijk de meeste kamerplanten in ruststand. Kamerplantenvoeding is er in vloeibare vorm, maar ook in kegel of poedervorm. Bekijk hier welke kamerplantenvoeding er bij jou past.

Oppotten en verpotten

Wanneer je een kamerplant koopt dan zit hij vaak in een plastic potje, dit wordt ook wel de kweekpot genoemd. De ruimte in deze kweekpot is vaak beperkt, waardoor er geen ruimte is voor de wortels om zich uit te breiden. Het is daarom aan te raden om je kamerplant direct op te potten. Hiervoor heb je nodig:

Hydrokorrels. Dit helpt voor een goede waterhuishouding in de pot en voorkomt dat de wortels van je plant voor een langere tijd in water blijven staan. Dit vinden de meeste kamerplanten namelijk niet fijn.
Potgrond. Voor de meeste kamerplanten is kamerplantenpotgrond een goede keuze. Deze potgrond is afgestemd op de wensen van kamerplanten en bevat 180 dagen voeding. Sommige planten hebben echter specifieke wensen met betrekking tot potgrond, bijvoorbeeld een palm of een cactus.
Pot. Kies altijd een pot dat ongeveer 3 tot 5 cm groter is dan de huidige pot. Je kunt kiezen voor een binnenpot of een buitenpot (met een gat). Let op: kies voor een buitenpot? Dan dien je wel een schaal of bord onder de pot te plaatsen om lekken te voorkomen.

Juiste standplaats

Naast water, voeding en pot is standplaats net zo belangrijk. Iedere plant heeft zijn eigen wensen met betrekking tot hoeveel licht de plant nodig heeft. Dit komt voort uit de herkomst van de plant. De planten die wij in Nederland in onze woonkamer kunnen zetten, vinden hun oorsprong als buitenplant in een ander deel van de wereld. Soms staan deze planten in de woestijn in de volle zon en andere staan juist in de jungle onder een bomendek een houden dus van een schaduwplek. Bekijk onze plantengids of het label van jouw kamerplant om te zien waar jouw plant graag staat. Uitleg van de iconen op een plantenlabel:

(Volle) zon = deze planten staan het liefste op een plekje met direct zonlicht.
Halfzon of halfschaduw (te herkennen aan het zonnetje dat voor de helft zwart is) = deze planten houden van licht, maar willen liever niet teveel direct zonlicht op hun bladeren. Zet deze planten iets verder van het raam af.
Schaduw (een zwart zonnetje of wolkje): deze planten staan liever op een plekje met maximaal 4 uur zon.

Tip: hoe donkerder de bladeren van het blad, hoe donkerder de ruimte mag zijn. Donkere bladeren hebben namelijk meer bladgroen in hun bladeren waardoor ze licht beter op kunnen nemen en dus ook bij iets minder licht goed blijven groeien.

Bladeren afstoffen

Als er stof op de bladeren van je plant komt te liggen kan jouw blad minder zonlicht opnemen. Jouw plant heeft dit zonlicht nodig om fotosynthese plaats te laten vinden. Je kunt het stof van je plant gemakkelijk weghalen met een zachte, vochtige doek. Ondersteun het blad met je hand en maak het voorzichtig schoon. Je kunt jouw planten ook in de douche schoonspoelen. Ideaal voor grote planten of planten met veel kleine bladeren.

Cactussen, vetplanten en planten met harige bladeren mag je niet douchen. Gebruik voor deze planten een zachte, droge borstel om stof te verwijderen.

Lees ook: